Harvard Business School ziet brood in economisch model Real Madrid

Ondanks dat het land een van Europa’s grootste slachtoffers van de recessie is, kon men tijdens het zomerreces nergens anders in de eurozone tippen aan de kooplust van de Spaanse voetbalclubs. Cristiano Ronaldo, Kaká, Karim Benzema, Xabi Alonso, Zlatan Ibrahimovic… allen verhuisden ze in het tussenseizoen naar Real Madrid of aartsvijand FC Barcelona. Sommigen onder hen werden er als ware rocksterren ontvangen door soms 80.000 dolgedraaide fans.

Vooral één man mag de twijfelachtige eer om een kleine 300 miljoen euro te hebben uitgegeven opeisen: Florentino Perez, de flamboyante ex- en nu opnieuw- voorzitter van de Koninklijke uit Madrid. Perez’ strategie is niet nieuw, want ook in het begin van dit millenium al kocht hij ‘s werelds meest populaire spelers, vaak ongeacht hun talent. Zolang ze truitjes deden verkopen, televisiegeld binnenbrachten en reclamecontracten versierden waren hun spelkwaliteiten van minder belang. Vooral David Beckham, niet direct ‘s werelds meest getalenteerde voetballer, was de exponent van die strategie. Daags nadat hij in 2003 voor Real tekende werden wereldwijd tienduizenden Realshirts aan de man gebracht. Volgens José Luis Nueno van de Harvard Business School, staat Perez’ manier van werken dan ook model voor clubs in opkomende voetbalnaties als de VS, Japan en China.

Maar er is nog een factor die Spanje bevoordeelt. Uit een studie van adviesbureau Deloitte blijkt dat andere landen hun voetbaltoppers 35 tot 70% meer moeten betalen opdat die eenzelfde bedrag huiswaarts zouden kunnen nemen als de spelers die in de Primera Division uitkomen.

Toch er zijn nog verschillen: de Engelse Premier League is met een omzet van 2,4 miljard euro veruit de belangrijkste voetbalcompetitie in Europa. Spanje, Duitsland en Italië hinken zelfs een miljard euro achterop. Maar daar waar het televisiegeld in Engeland broederlijk wordt verdeeld tussen de grote en middelgrote clubs, steken in Spanje Real en Barça zowat de helft van het beschikbare geld in eigen zak.

In het tussenseizoen ontdeed de Catalaanse club zich van Eto’o ten voordele van de Zweed Zlatan Ibrahimovic. Voor de rest vulde het zijn kern aan met spelers uit de eigen jeugd. Die kosten zo goed als niets, uitgezonderd hun salaris. Madrid stak zich gewoontegetrouw diep in de schulden en ging enorme leningen aan bij Spaanse banken. Pas eind dit seizoen zullen we weten welke strategie economisch de beste is: mikken op talent uit eigen huis of chequeboekvoetballerij?

 

Article published in express.be, August 2009

Tags: ,

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

*